Saved by Dr. Yoga

Een tweetal weken geleden, aan de vooravond van mijn opname in het ziekenhuis, begon ik te schrijven aan een tweede reisblog met mijn bezoek aan de chiropractor tot voorwerp:

“Kimberly zou Kimberly niet zijn zonder weer één of ander fysisch mankementje/sportfractuur.

Kort voor mijn reis naar Bali ben ik er namelijk in geslaagd om mijn bekken te forceren met knieklachten tot gevolg.

“’T zal wel overgaan onder de palmbomen”, dacht ik bij mijzelf, maar helaas diende ik vandaag toch een bezoek te brengen aan de plaatselijke chiropractor.”

Op dat moment had ik nog geen flauw benul omtrent hetgeen mij te wachten stond.

Nu ik opnieuw mijn levendige zelf ben en desondanks menig spambericht via social media, breng ik hier het volledige relaas der feiten, in geuren en kleuren.

Donderdag 2 mei

Reeds de ganse week heb ik last van mijn spijsvertering, wat niet abnormaal is in Bali, en  deze namiddag kruip in na de yogales enkele uren in mijn bed.

Ik kan niet slapen en tokkel wat op mijn teergeliefd “gsm’eke” om de verveling tegen te gaan.

Mijn laatste whatsappberichtjes stuur ik naar een vriendin Kim R. , die door haar zwangerschap eveneens op bed ligt:

 “Nu effe focus op mijnen aanval van PDS (- prikkelbare darmsyndroom) hier”

“Tis begonnen na de chiropractor”

Kim:

Ai Ai Ai

Hopelijk snel over

Ik antwoord:

“Ook int buitenland een zorgenkind”

Haha das gewoon luisteren naar uw lichaam

Probeer u wat af te leiden?

Netflix ofzo?

“Ja s mss geen slecht plan”

“Ma kmoet effe op mijne rug liggen eerst”

Wat volgt is helaas geen Netflix maar een over-en-weer geloop tussen mijn bed en de badkamer en steeds toenemende buikkrampen. Uiteindelijk eindig ik dubbelgeplooid op de grond: tijdens mijn “pijnhallucinaties” or whatsoever leek mij dit meer comfortabel te liggen dan op bed.

Ik slaag er in om van de trap te strompelen en vraag aan de eigenares van de hostel om een glas water, die mijn gezicht ziet en onmiddellijk vraagt:

 Do I need to take you to the hospital, Miss

“No no, it’s okay”

Vijf minuten later sta ik terug beneden:

“Okay, take me to the hospital please”

Ik protesteer als ze haar scooter uit de garage haalt, no way, maar ze zegt me dat ik niet veel keuze heb. Door file aan “The monkey forest” in Ubud (een bekende toeristische attractie), zouden we met de auto meer dan een uur onderweg zijn. Ik spreek hier overigens over een afstand van een luttele 5 km, het verkeer in Bali is absurd.

Uiteindelijk doen we er met de scooter een eindeloos lijkend kwartier over terwijl ik achterop “hang” en kotsmisselijk word van de geur van Nasi Goreng die de straten doordrenkt.

Aangekomen in het ziekenhuis omstreeks 18 u ’s avonds waggel ik in tranen naar de receptie en word ik in een rolstoel gezet.

De verpleegster koppelt mij aan een infuus en ik voel de pijn in mijn buik langzaam wegebben, met uitzondering van een stekende pijn die rechtsonder overblijft. Niettemin denk ik ondertussen “my god, nu lig ik hier in dat ziekenhuis, het was zeker weer een drama voor niets”.

Ik sms verder met Kim en stel mijn telefoontje naar het thuisfront nog even uit om geen nodeloze paniek te zaaien.

Even later komt er een dame van de administratie aan mijn bed die mij reeds een factuur presenteert van de reeds toegediende medicatie en vraagt om te betalen, met betaalterminal in de hand. Ze vraagt mij tevens of ik akkoord ga met de prijs van de consultatie van de dokter en ik moet het ene document na het andere ondertekenen.

Enigszins groggy van de medicatie stamel ik dat ik over een reisverzekering beschik. De toon van het gesprek wordt wat vriendelijker ‘Oh miss, insurance company yes’ en ik word alleen gelaten.

Er komt uiteindelijk een dokter bij mij die op mijn buik begint te drukken en zijn zorgen uit over een mogelijke appendicitis. Ik geloof er uiteraard niets van en denk nog steeds dat ik geveld ben door een ietwat uit de hand gelopen voedselvergiftiging, ook wel gekend als de befaamde “bali belly”.

De dokter stelt voor om bloed -en urinetesten te doen, maar benadrukt dat ze niets zullen uitvoeren vooraleer ze over een ‘written consent’ beschikken van Allianz. Enigszins verbouwereerd door deze gang van zaken, wij leven zoals vriendin Sarah B. het zegt in ‘Disneyland’, besef ik dat het misschien stilaan tijd wordt om mijn ouders in te lichten.

Om 21u30 stuur ik een berichtje naar mijn mama:

“Nie te veel paniek maar ik lig in ziekenhuis met vermoeden van appendix en mogelijks brengen ze mij straks over naar het groter ziekenhuis”

Mijn mama geraakt vrij snel binnen bij de verzekeringsmaatschappij, maar door miscommunicatie en een kluwen van bureaucratie in het ziekenhuis duurt het uren vooraleer er verdere actie wordt ondernomen. Blijkbaar is een algehele ‘written statement’ van Allianz dat ik over volledige dekking beschik niet voldoende, het ziekenhuis wenst een afzonderlijke goedkeuring voor de labotesten en voor de eventuele overdracht met ambulance naar het algemeen ziekenhuis.

Omstreeks middernacht, en menig neurotisch whatsappbericht naar mijn mama later, word ik met de ambulance overgebracht naar het ziekenhuis in Kuta, een uur verderop.

Op de spoeddienst in Kuta aangekomen, mijn huidskleur is ondertussen geel geworden, begint het ‘spel’ met de verzekering opnieuw. Ik krijg een crise en de verpleegster heeft het geweten.

Na een boos telefoontje van Allianz naar Bali mag ik uiteindelijk om 4u30 onder de scanner. Ik kan ondertussen niet meer zelfstandig rechtop zitten.

Ik word overgebracht naar een andere afdeling en er wordt opnieuw medicatie in mijn baxter gepompt. De verpleegster deelt mee dat mijn resultaten van de scan om 8u zullen worden meegedeeld.

Om 9u30, nog geen resultaten beschikbaar, krijg ik bezoek van Cristina, een Duitse vriendin van de Astanga yogaworkshop in Ubud.

‘You look like shit’ vertelt ze mij, maar al bij al kunnen we nog lachen met mijn avontuur en ben ik ongelooflijk dankbaar voor haar gezelschap.

Twee uur later stelt mijn geduld mij opnieuw op de proef, ondertussen heb ik bijna 24 uur niets meer gegeten of gedronken, qua ‘hangryness’ kan dat tellen, en begin ik tegen de verpleegster te zagen over mijn resultaten.

Cristina stelt haar ‘little dragon’, zoals ze mij op dat moment noemt, gerust en zegt dat ze mij nooit zolang zouden laten liggen met een acute appendicitis.

Helaas.

Om 14u komt de afdelingsverantwoordelijke bij mij en brabbelt ze in gebrekkig Engels iets over ‘appendix-surgery’. Ik barst in tranen uit en reageer hysterisch maar nog steeds very bossy “I don’t want surgery here, I’m going back to Belgium”!

‘No Miss, you can’t.’

OK reality check. Cristina die ondertussen zelf in tranen is door mijn zielige aanblik en gejammer, slaagt er in om mij tot rust te brengen en ze noteert voor mij een lijstje met vragen die ik aan de chirurg dien te stellen. Cristina is een beetje de plaatselijke Trui D.V., mijn bezorgde en goedgeorganiseerde collega 😊.

Ik mag niet meer drinken en krijg enkel nog wat ijsblokjes van de verpleegsters die nogal verschrikt kijken en er iets uitbrengen in de stijl van ‘you look very weak, Miss’.

Om 16u30 komt er schot in de zaak en krijg ik bezoek van mijn chirurg Dr. Yoga, yes it’s true.

Na de gebruikelijke papierwinkel ga ik om 18u onder het mes, slechts 24 uur na mijn opname in het ziekenhuis te Ubud.

Bali Belly to the extreme.

Ik zal vervolgens, door deze ‘belly’ en mijn moeizame spijsvertering, nog vijf dagen in het ziekenhuis blijven.

Vijf dagen boordevol avonturen met mijn roomie Pauline, die door een scooteraccident een complexe beenbreuk opliep en niet verzekerd was…

Ik zou er over kunnen blijven schrijven.

Anyway:

Om een lang verhaal kort te maken:

  1. Wij mogen ‘onze pollekes kussen’ met de Belgische gezondheidszorg en onmiddellijke hulpverlening.
  2. Neem een goeie reisverzekering, you wont regret it.

Wat die reisverzekering betreft: dankzij Allianz mocht ik de week na mijn ontslag in een luxeresort vlakbij het ziekenhuis verblijven. Uit medelijden voor dat Belgische meisje ‘without husband’ kreeg ik van het hotelpersoneel een gratis upgrade naar de ‘queen-suite’. Ik waande mij dan ook daadwerkelijk ‘the queen of Sheba’ en paste in het decor van ‘Crazy Rich Asians’.

Ondertussen ben ik aan de beterhand en verblijf ik in Canggu, een populaire badplaats voor surfers en hippe Digital Nomads.

Het surfen is voorlopig niet aan mij besteed, maar ik heb mijn handen vol met dogsitten voor de Australische duikinstructrice Rachel, iets waarin ik had toegestemd voorafgaandelijk aan mijn operatie. Rachel kwam me ook bezoeken in het ziekenhuis.

Ik heb even getwijfeld of het wel zou lukken, maar uiteindelijk prijs is mezelf gelukkig, want there is no better place for recovery en de hondjes zijn enorm zelfstandig.

Ik ontwaak dagelijks in mijn villa met zwembad, inclusief poetsvrouw en tuinman, en spendeer mijn dagen met chillen aan het strand en selfcare.

Coming up next:

Ik ben nog een dogmom tot en met 27 mei en op 3 juni vlieg ik, samen met mijn Spaanse travelbuddy, naar mijn volgende bestemming….

Maleisië! (Geen paniek mama 😉)

Kusjes en tot binnenkort!

Selamat siang

Na 14 dagen vertoeven op het paradijselijke Bali, geef ik jullie graag een eerste update over hoe het leven me hier vergaat.

Op maandag 8 april was het zover, na maanden voorbereiding en een intens afscheid van vrienden en familie, stapte ik met bijzonder veel enthousiasme, nieuwsgierigheid en ook wel een klein hartje op het vliegtuig.

Gekalmeerd door enkele glazen rode wijn (dank u Singapore Airlines) en menige romantische komedie later, landde ik dinsdagavond om 21 uur plaatselijke tijd in Denpasar. Dit voelde voor mij enigszins vertrouwd aan aangezien ik in 2017 reeds drie weken ben gaan backpacken in Bali.

Na de nacht te hebben doorgebracht in een klein hotel aan de luchthaven nam ik de volgende dag de “Kura-Kura”, het plaatselijke openbaar vervoer in Bali a.k.a. een schattig uitziend fluogroen busje dat toeristen veilig en voor geen geld op bestemming brengt. Met de nadruk op veilig, want het verkeer in Bali is in feite een attractie op zich met auto’s die bumper aan bumper rijden en scooters all over the place. Misschien best dat deze kleine wegpiraat haar internationaal rijbewijs niet bij zich heeft.

Het drukke stadsleven achter ons latend, passeerden we geleidelijk aan steeds meer en meer rijstvelden en palmbomen richting Ubud, de artistieke en culturele hoofdstad van Bali.

Ubud vormde tevens de setting van de bekende film “Eat pray love” met Julia Robberts in de hoofdrol en is een echt yogawalhalla. Toen ik twee jaar geleden een eerste keer in Ubud verbleef en dus eigenlijk een half jaar vooraleer ik me zelf aan de zonnegroeten waagde, voelde ik mij hier al een beetje thuis. Ik was dan ook redelijk euforisch toen ik bij het binnenrijden van Ubud en desondanks mijn rampzalig oriëntatievermogen, verschillende plaatsen herkende. Het lijkt wel alsof de tijd er heeft stilgestaan.

De eerste paar dagen in Ubud heb ik nog even de innerlijke diva in mijzelf losgelaten en verbleef ik in een iets luxueuzere hostel waarbij ik mijn dagen besteedde aan het zwembad en babbelen met andere backpackers. Ik leerde onder andere een meisje uit Polen kennen die net in Thailand een vrijwilligersprogramma met verzorging van olifanten had afgerond. Zalig toch?! Het is eens iets anders dan een dagvaarding of een conclusie schrijven.

Dag drie was eventjes andere koek toen ik geconfronteerd werd met een eerste, zij het dan wel minimalistisch probleem. Trouw blijvend aan mijzelf en aangezien dit er volgens mij allemaal bijhoort, wil ik ook deze momenten graag met jullie delen.

Eén van de hoofdredenen om mijn reisavonturen in Bali te starten is het verder uitdiepen van mijn Ashtanga yoga practice, iets waar ik vorig jaar mee gestart ben bij Yogaloo te Sint-Niklaas.

Vooraleer ik naar Bali vertrok had ik dan ook een plaatselijke Ashtanga yoga teacher gecontacteerd en hem onmiddellijk voor twee maanden vooruitbetaald, geheel “kimpulsiefje”-gewijs, want het zou wel goed zijn. Niet dus, het viel jammer genoeg dik tegen. De yogastudio was piepklein en drukbezet waardoor je moest opletten om je yogi-buurman of buurvrouw geen stamp te geven en de teacher geen tijd noch ruimte had om de studenten te corrigeren/adjusten. Nochtans is Ashtanga yoga en de klassieke “Mysore style” waarop het beoefend wordt een uitdagende dynamische yoga-practice, hetgeen de noodzakelijke persoonlijke begeleiding vergt.

Ik voelde mij ’s avonds dan ook een beetje teleurgesteld en mijn humeur beterde er niet op toen het nog eens begon te stortregenen ook; momenteel is het hier het einde van het regenseizoen.

Hier zat ze dan: “Miss yoga in Bali”. Mijn bijzonder relatief “leed” was gelukkig van korte duur, want niet veel later had ik in een plaatselijk restaurantje met een andere yoga teacher een inspirerend gesprek. Zij verwoordde het simpel, maar terzelfdertijd ook zeer mooi “you have to speak your truth”.

Zo gezegd zo gedaan en dezelfde avond nog stuurde ik de Ashtanga yoga teacher een heel eerlijk en misschien ook wel enigszins “lawyerish” getint e-mailtje. Resultaat: mijn centen terug.

Namasté.

Ondertussen ben ik sinds vorige week mijn Yoga-practice gestart bij Ashtanga Yoga Bali Research Center en hier heb ik werkelijk nog geen seconde spijt van gehad. De vrouwelijke Yoga-teacher Radha is heel down to earth, en al kan ze dan wel niet tippen aan mijn Guruyi Lotte, met haar 29 jaar ervaring heeft ze een heel individualistische benadering van Ashtanga yoga opgebouwd die gericht is op de preventie van blessures. Als kers op de taart is de setting van de yogastudio prachtig: door de palmbomen omringd in het midden van de jungle, inclusief kokosnoot na de les.

Ondertussen is alles hier dus op zijn pootjes terecht gekomen en begint het door te dringen hoe gelukkig ik mijzelf mag prijzen om hier te zijn. Exactly in the right place in the right moment.

Nog tot 8 mei blijf ik lessen volgen bij Radha, met deze week een ‘Intensive Ashtanga Yoga Course’ zijnde een vijfdaagse yogaworkshop na de lessen die ik volg met nog negen andere enthousiaste yogi’s, allemaal vrouwen en één dappere man.

Mijn dagen zijn momenteel dus grotendeels gevuld met yoga en spontane uitstapjes tussendoor. Zo bezocht ik vorige week met een groepje backpackers de Tirta Empul tempel, ook wel “The Holy Water Temple” genoemd ,waar je middels een gans ritueel gereinigd wordt door het heilige water en bevrijd van alle slechte karma en persoonlijke demonen. All fresh and clean.

Het afgelopen weekend zocht ik met twee lieftallige Ashtangi’s de parelwitte stranden van Uluwatu op: zon, zee, strand en vele surfers op de indrukwekkende golven. Niet voor beginners alleszins en daarom zal ik zelf pas dit weekend met een andere yogi de golven trotseren in Canggu, waar ik twee jaar geleden ook lessen nam.

Later dan ook ongetwijfeld nog veel meer over het surfen.

Het thuisfront hoeft zich in ieder geval geen zorgen te maken: Het gaat me hier goed en voorlopig is alles “rozengeur en zonneschijn”.